Op de weblog kun je over Helmond praten, huilen en lachen.
Alle berichten op onze voorpagina zijn actueel of gaan langer mee dan de waan van de dag. Vrijwel dagelijks plaatsen wij iets nieuws.
Onder elk bericht staan de reacties (inmiddels al 116982 sinds de start van de weblog in mei 2005) van andere Helmonders. Alleen lezen wat anderen schreven kan, leuker is het natuurlijk als jij ook jouw on-topic (?) reactie geeft.

7reacties

Naw en Vruuger CCXXX

1982

Naw de woningen aan De Bleek, op de hoek van Watermolenwal en Torenstraat.
Vruuger (1982) werd dat appartementencomplex officieel opgeleverd in aanwezigheid van de wethouders Sjef Remmen en Jan van Rooij.

Na 30 jaar worden die 42 woningen (tegenover ’t inmiddels gesloopte Speelhuis) ten behoeve van het centrumplan gesloopt voor winkels.
Een buurtbewoner die gistermiddag naar de sloop stond te kijken, vond het maar zonde dat zulke goede woningen werden afgebroken. Eerder op de dag Twitterde Grapman “Moet dat nou? Ja, dát moet. De Bleek in Helmond. Een bestuurlijke steenpuistlelijke dwaling, terecht gesloopt. Blij.”

In een reactie hieronder een update met foto’s.

Deze bedrijven maken de weblog mede mogelijk.
1reactie

Van de Brug: Feestje in Helmond?

Column Serge van de Brug Raadslid VVD HelmondDit jaar werd de 400e starterslening in Helmond verstrekt.
Tijd voor een feestje zou je zeggen.
Maar is dit ook echt zo?
Zoals eenieder kan zien, ligt de woningmarkt op dit moment aardig op zijn gat.

Al voor de kredietcrisis heeft het gemeentebestuur van Helmond in 2003 geconstateerd dat door een toegenomen vraag naar huurwoningen, de bouwproductie van nieuwe betaalbare koopwoningen stagneerde. Om de markt van huurwoningen enigszins te ontlasten werd de starterslening bedacht.
Dit instrument was een middel om starters op de woningmarkt de kans te bieden om voor een gelijkwaardige maandelijkse woonlast t.o.v. een huurwoning een koopwoning te betrekken. Met alle voordelen van dien (stimuleren eigen woningbezit, waardevermeerdering woning op de lange termijn).
De gemeente verstrekt vanaf 2003 een renteloze lening voor maximaal 3 jaar en maximaal € 30.000,–  en na die termijn wordt weer opnieuw bekeken of de persoon weer onder dezelfde condities kan verlengen.

Inmiddels zijn we bijna 10 jaar verder en bestaat het instrument “starterslening” nog steeds. Intussen zijn de criteria waar iemand aan moet voldoen wel verschillende malen aangepast en is het maximale leningbedrag verhoogd naar € 36.000,–. De insteek was in 2003 in eerste instantie de huurmarkt meer lucht te geven. inmiddels is dit enigszins achterhaald en is de doelstelling meer geworden; starters de mogelijkheid geven überhaupt de woningmarkt te betreden. Waar in 2003 waardevermeerderingen nog in het vooruitschiet lagen, is dit inmiddels verleden tijd met alle risico’s van dien. Sinds 2003 is de woningmarkt immers alleen maar verslechterd.
Het is ook een feit dat de woningmarkt in Helmond er een stuk slechter voor zou staan, wanneer er geen startersleningen zouden zijn verstrekt.
Inmiddels wordt 1 op de 3 woningen met een starterslening gefinancierd. Daarentegen is er geen enkele nieuwe starterswoning in het jaar 2011 opgeleverd. Maar dat even terzijde.

Lees verder »

6reacties

‘Eric, moet je poepen?’


Als ik Eric Meijers hoor, maar vooral zie praten, heb ik altijd het gevoel dat hij eigenlijk heel erg moet poepen. Misschien ligt het aan zijn spleetogen, die ook nog eens versterkt worden door zijn brillenglazen van min 10. Ook toen hij wedstrijd na wedstrijd won viel me dat al op, dus aan het slechte spel van de laatste tijd ligt de vermeende persdrang niet. Hij begint een zin, waarvan je nooit weet hoe, en vooral niet wanneer, die gaat eindigen. Via allerlei bochten weet hij zijn clichéverhaal zo lang mogelijk te maken. Iets wat je niet doet als de nood erg hoog is lijkt me. Vanaf het begin tot het einde van zijn betoog weet hij deze “ik-moet-heel-erg-poepenspanning” op zijn gezicht te houden.

Het is goed dat Eric trainer is van Helmond Sport en niet van een eredivisieclub. Dan zou hij allang het doelwit zijn geweest van René van der Gijp en de rest van de comedytrain van RTL7. Na de val van Sepp Blatter, de wekelijkse blunder van Manolev, het eeuwige gegooi van het jasje van Hansie en de bamiehapjes van Voskamp, zouden we iedere week (soms twee keer per week) getrakteerd worden op “het poephoofd van Meijers”.
Wilfred Genee zou het wekelijkse item met zijn neplach, doordrenkt met een “Andre van Duin-humorsausje”, tot vervelens toe dijenkletsend aankondigen. “Het poephoofd van Eric” zou een succes worden. Sponsor Amstel zou door de goeroes van RTL verruild moeten worden door “Page toiletpapier” en Helmond zou weer op de voetbalkaart van Nederland staan. Iedere uitwedstrijd zou de dug-out van Helmond getrakteerd worden op een papierzee van tientallen wc rollen. Dat gun ik mijn cluppie, Eric en Page niet. Zeker niet in deze, voor een Helmond Sport-supporter, toch al moeilijke tijden.

Sommige mensen verwarren Eric Meijers met de Limburger Eric Meijer. Erik Meijer die nog voor PSV en zelfs nog één keer voor het Nederlands Elftal speelde. Deze Erik (met een K) zit, geloof ik, tegenwoordig in Duitsland aan het Weissbier (met een ringel S). Maar onze Meijers heeft een s meer, wat natuurlijk niet automatisch betekent dat hij twee keer zo goed is als de Limburgse Erik.

Nu het spel slecht is, neemt de kritiek op “onze poeperd” natuurlijk toe. Als er gemopperd kan worden staan wij Helmonders vaak vooraan. Het “ik kom nooit meer kieke, stelletje stumpers” klinkt alweer als ik, na de pas eerste nederlaag dit seizoen, de tribune verlaat. Ik ben een van de weinige die de hele wedstrijd gebleven is. De schreeuw om een trainer met meer uitstraling (met lenzen?) en vooral een meer volkse trainer (denk aan John de Wolf of Jan van Dijk) neemt toe. Maar ik denk dat we Eric voorlopig een kans moeten geven. Als je niet naar het spel, maar wel naar de plaats op de ranglijst (een gedeelde tweede plaats nog steeds) kijkt, heeft Eric “het nog niet zo slecht gedaan”. We hadden beter eerst een paar wedstrijden kunnen verliezen en gelijk spelen en daarna pas vijf keer achter elkaar moeten winnen. Dan was de sfeer een stuk beter geweest. De eerste periode zit erop met een resultaat waar Jolande Sap jaloers op zou zijn geweest. Eric hoeft wat mijn betreft niet te denken aan “aftreden”. Het is goed dat de Eagels pas 19 november op bezoek komen. Dan heeft Erik nog tijd om zijn ploeg op de rails te zetten en te bedenken hoe hij er Deventerkoek van gaat maken………….

Buurman

30reacties

Hoe gaan we naar het stadscentrum?

In 2006 en september 2011 hield de afdeling Onderzoek en Statistiek van de gemeente een inwonersenquête over het onderwerp verkeer en vervoer. Uit het rapport hieronder de resultaten over vooral het vervoer naar het stadscentrum.

Van de volwassen Helmonders heeft 96% een fiets. Slechts 13% van de Helmonders fietst nooit. Van hen is 40% 65-plusser en 28% 75-plusser. In de afgelopen 5 jaar nam het fietsgebruik wat toe, het autogebruik daalde.
Véruit de meeste Helmonders vinden hun stad nog altijd fietsvriendelijk. Gemiddeld is men tevreden over aantal, kwaliteit en locaties van de fietsenstallingen in het centrum. 2 Op de 3 Helmonders weten dat de fiets daar gratis gestald kan worden. Van hen gebruikt 53% vaker de fiets (in plaats van de auto) om naar het centrum te gaan.
Sommige inwoners willen graag extra fietsenstallingen op de stations en aan de randen van het centrum (oude postkantoor, buurt van bioscoop, Heistraat en Noord-Koninginnewal), dit geldt zowel voor bewaakte als voor onbewaakte fietsenstallingen. Verder zien de burgers graag een fietspad op de Heistraat, Hoofdstraat, Rivierensingel en Mierloseweg.

Gemiddeld heeft ieder Helmonds huishouden minstens 1 auto. Het totaal aantal personenauto’s in Helmond steeg de afgelopen 5 jaar met 11%.
Ruim de helft vindt nu dat je je auto in het stadscentrum goed kwijt kunt, ruim een kwart vindt van niet. Bijna 3 kwart van de Helmonders vindt de parkeertarieven in het centrum te hoog, die ontevredenheid is ten opzichte van 2006 toegenomen. “Een logisch gevolg van de tariefstijgingen in de afgelopen jaren. Met de invoering van achteraf betaald parkeren (real time parkeren) verwachten we op korte termijn een deel van de negatieve gevoelens over de prijs weg te nemen” aldus het college van B&W.
Om het Helmondse stadscentrum te bezoeken worden de auto en fiets nog steeds het vaakst gebruikt. Van het openbaar vervoer wordt, net als 5 jaar geleden, nauwelijks gebruik gemaakt: 90% zit (bijna) nooit in de bus en (ondanks dat er 4 stations zijn) gaat 70% (bijna) nooit met de trein. Ruim de helft van de Helmonders is tevreden over het totale aanbod van het openbaar in Helmond, maar over de busfrequentie ven vooral de kosten is meer dan de helft ontevreden.
Hoewel de taxbus in de stad steeds bekender wordt (in 5 jaar groeide de bekendheid van 26% naar 39%), zorgde dat niet voor meer gebruik.
Zoals ook landelijk, zijn de Helmonders het slechtst te spreken over het verkeersgedrag van scooters, bromfiets en scootmobielen. Het verkeersgedrag van de voetgangers en motorrijders worden het meest positief gewaardeerd als medeweggebruikers.

1reactie

De TextielBaron: Het verdriet

De TextielBaronWat is het toch een vreemd gezicht. En wat doet het pijn om langer dan een ogenblik te kijken naar de plek die ooit zo markant was. Een leegte. Hol, kaal, verlaten, inhoudsloos. Het doet me veel verdriet als ik over de Watermolenwal fiets en het nu echt bijna verdwenen Speelhuis zie. Slechts enkele restanten staan nog overeind. Als een stil protest tegen wat er gebeurd is. Alsof deze restanten voorbijgangers willen overtuigen dat het allemaal toch nog goed komt. Alsof ze een sprankje hoop geven door je in de herfstzon toe te spreken. “Ik ben er nog, hoor!”, zegt de anderhalve kubus die eenzaam op de Helmondse Ground Zero staat.
Maar schijn bedriegt. Natuurlijk. Over een week staat er niets meer van wat eens een prestigeobject was. Een baken van licht in de stad die toen (eind jaren 70) hard achteruit holde. Helmond had weer iets om trots op te zijn. Het gaf menig Helmonder weer een gevoel van trots dat zoiets in hun stad gebouwd werd. Tuurlijk, veel Hellemonders mopperden. Wa dèh kòòst! Maar ondertussen wel stiekem trots zijn uiteraard. En die trots, precies díe trots, zorgde ervoor dat veel Helmonders verdriet hadden, eind vorig jaar. Kijkend naar de brand heb ik volwassen mensen een traantje weg zien pinken. Het theater(tje) was een icoon van de stad geworden. Beroemd in theaterkringen en ver daarbuiten. Dat werd direct na de brand duidelijk, gezien ook de media-aandacht.
‘In d’n brand, oit d’n brand’, hoor je wel eens zeggen. Ook rondom ‘t Speelhuis. Want de teloorgang van het eens zo beroemde theater biedt ook kansen. Kansen op een nieuw theater, dat qua allure past bij de moderne stad die Helmond geworden is. Er zal de komende jaren genoeg gediscussieerd worden over de mogelijkheden. En er zal uit die discussie ongetwijfeld een besluit volgen om bij de cacaofabriek of elders een nieuw theater te bouwen. Een nieuw theater met vijftienhonderd stoelen en een programma met louter A-artiesten, die uit de hele regio publiek trekken. Dat kan, en is helemaal prachtig.
Maar ik hoop één ding. Ik hoop dat de te zijner tijd dienstdoende wethouder de hierboven omschreven pijn in zijn achterhoofd houdt. Dat de betreffende bestuurder niet enkel bezig is met het zetten van zijn eigen stempel op een nieuw te bouwen theater. Ik hoop dat het college dat dan lekker warm op het Helmondse pluche zit, nog eens denkt aan de nu nog overeind staande anderhalve kubus. Luister naar wat die u vertelt: vergeet ’t Speelhuis niet.

De TextielBaron

2reacties

Van der Zanden: Vrijwilliger 2.0

Column Nathalie van der Zanden SP HelmondWie kent ze niet, de VRIJWILLIGER? Ongetwijfeld kennen we allemaal in onze familie- of vriendenkring wel een of meerdere mensen die vrijwilligerswerk doen. Kenmerken van deze vrijwilligers: betrokken bijna gepassioneerd, geïnteresseerd, altijd aanwezig, voor dag en dauw klaar voor de ‘zaak’, kortom…bijna professioneel bezig.

Sinds jaar en dag heeft onze maatschappij veel voordelen gehad van deze grote groep mensen. Waar even wat extra’s moest worden geleverd, net dat beetje meer om iets te maken tot wat het moest zijn, konden organisaties, instellingen en verenigingen terugvallen op vrijwilligers. Kortom een garantie voor gemeenschapszin en, eerlijk is eerlijk, vaak en in veel gevallen een uitkomst voor de opdrachtgever.

De laatste tijd bereiken mij signalen waaruit ik niets anders kan afleiden dan dat het steeds moeilijker wordt vrijwilligers te vinden. Ik zie activiteiten en taken die in het verleden zonder onderbreking werden uitgevoerd door vrijwilligers, vaker afgelast worden en soms zelf helemaal niet meer plaatsvinden.

Een slechte ontwikkeling. Zeker omdat veel vrijwilligerswerkzaamheden traditioneel plaatsvinden binnen het maatschappelijke en culturele vlak. Taken van onze overheid die tegelijkertijd onevenredig hard worden getroffen door de golf van bezuinigingen die op dit moment over ons heen komt.

Diezelfde overheid heeft dit heel goed in de gaten en realiseert zich drommels goed wat dit voor veel initiatieven kan betekenen. Immers, bedoeld of onbedoeld, hebben veel vrijwilligerswerkzaamheden de afgelopen jaren de plaats ingenomen van reguliere arbeidsplaatsen. Afname van vrijwilligers vormt voor een aantal van die instellingen en organisaties een reële dreiging voor het voortbestaan van die activiteiten.

Omdat onze overheid zich dit terdege beseft probeert ze te anticiperen op de tekorten die links en rechts ontstaan. En, zoals zo vaak wanneer alleen de financiële aspecten overheersen en het daadwerkelijke doel niet meer lijkt te tellen, dreigt ze daarin door te slaan.

Onze overheid probeert op creatieve manieren groepen mensen uit onze samenleving verplicht vrijwilligerswerk te laten doen. Een nieuw fenomeen doet in toenemende mate zijn intrede: de vrijwilliger met het ‘rugzakje’.
Daarbij lijkt onze samenleving zo snel te veranderen dat er op termijn nauwelijks nog tijd over lijkt te zijn voor vrijwilligerswerk. Wat als we straks meerdere baantjes nodig hebben om rond te komen? Heb je dan nog tijd over?

Steeds minder lijken de oorspronkelijke eigenschappen van de vrijwilliger van betekenis te zijn en lijkt enkel het resultaat, de invulling van de vrijwilligersvacature te tellen. De snelheid waarmee de ‘nieuwe vrijwilliger’ zijn intrede doet lijkt ook geen pas te houden met de noodzakelijke aanpassingen in wet en regelgeving. We zijn bezig met het scheppen van meerdere categorieën van vrijwilligers en van gelijkschakeling is nog geen sprake.

Maar bovenal, passie en betrokkenheid laten zich niet verplichten!

Nathalie van der Zanden
Raadslid
SP