21reacties

Helmondse Heldinnen: Toos den Bok

Bij velen in Helmond verscheen een glimlach op het gezicht, wanneer ik vertelde dat ik in de serie HELMONDSE HELDINNEN een hoofdstuk aan Toos den Bok wilde wijden.

Van Toos van Bokhoven, later huwde zij bakker Van Stiphout, is bekend dat zij zelfs tijdens een uitvaart probeerde de mensen aan het lachen te krijgen. Toos den Bok was de eerste keienkletsster in Helmond en in de jaren zestig en zeventig door haar optredens tijdens de kletsavonden in de Helmondse Carnaval enorm populair. Nu zijn via internet passages uit haar dolkomische verhalen nog te beluisteren.
Maar voordat zij faam verwierf met haar “Büttenreden”, of tonpraote zoals dat in Helmond genoemd wordt, was zij in onze stad al “wereldberoemd” met haar dansschool.

Catharina Hendrika Antonia van Bokhoven werd geboren in Helmond op 22 oktober 1911 Haar ouders waren Johanna Maria de Wit en Leonard van Bokhoven. Haar moeder was van beroep modiste en haar vader schoenmaker. Zij hadden enige tijd een schoenenzaak (schoenmagazijn Hercules) in de Veestraat. Ook hebben zij een poos in Mierlo gewoond.
Tegenslag bleef het gezin niet bespaard. Zij verloren enkele kinderen onder wie een dochtertje van 2 weken oud en ook een wat ouder meisje.
Als tiener was Toos van Bokhoven in de jaren 30 actief bij de plaatselijke gymvereniging “Utile Dulce”. Zij deed daar aan turnen, ritmische gymnastiek en ook aan hardlopen. Zij won in die tijd ook diverse prijzen. Op sportief gebied deed zij het op latere leeftijd iets rustiger aan. Zo was zij rond 1946 lid van kegelclub De Natte Spons.

Toos den BokVan huis uit was Toos wel gewend aan amusement. Een broer van haar werd musicus, waaruit moge blijken dat enige muzikaliteit wel in de familie zat. Toos zelf werd in Helmond bekend doordat zij aan het einde de 2de Wereldoorlog (vanaf 1944) tijdens de bevrijdingsfeesten dansuitvoeringen met de meisjes uit de Veestraat organiseerde. Ook vriendinnen van die meisjes sloten zich aan en zo groeide de groep verder aan. Lambert van de Vliert begeleidde het dansen op wat toen een trekharmonica werd genoemd, een accordeon. [de groep trad in het hele land op.] In de eerste jaren moest Toos zich behelpen wat de kleding betreft. In het boek over Helmond in de 2de Wereldoorlog “Onder bescherming van de Engel Gabriel” vertelt zij over de jurkjes voor de meisjes: “We kregen van het ziekenhuis een hele rol verband. Die deden we in water met een pakje stijfsel. En zo hadden de meisjes een balletjurk voor op de Markt. Daar gingen we overal mee naar toe.” Elders staat: “Danspakskes van gestijfd gaas uit het gasthuis.” Het jurkje voor het kleinste meisje is in 1965 als bezienswaardigheid in het gemeentemuseum terecht gekomen.
Uit de dansclub ontstond een dansschool. Als oefenruimte gebruikte Toos in de jaren 60 nog het gymlokaal van de Rijks-HBS. Mevrouw Van Stiphout haar dansschool kreeg later een vaste plek aan de Mierloseweg. Hoewel zij steeds benadrukte dat zij geen enkel diploma daarvoor had, kende de dansschool een steeds grotere toeloop, ook uit plaatsen in de omgeving van Helmond. Toos en haar man namen een van de meisjes van de dansschool, Ploni Merx, als pleegdochter in huis.
In hun woning aan de Mierloseweg ontstond ook een bedrijf voor de verhuur van verkleedkleding. Diversen van haar familieleden herinneren zich nog dat het hele huis vol kleding lag, tot in de slaapkamers en op zolder toe, maar dat Toos wist precies waar alles lag. Ze had drie naaisters in dienst en zij regelde zelf alles via de telefoon. Niet alleen vòòr Carnaval, ook tegen Sinterklaas was het een drukte van belang.
In 1966 trad zij bij (een van) de eerste kletstoernooien op als keiekletsster voor de Helmondse Carnaval. Ze beeldde toen het personage Mie Klets uit. In 1979 won zij voor haar vertolking van Kniertje de Narre(n)muts. In 1980 nam Toos voor het laatst deel aan het keienkletsen, maar zolang als ze maar kon bleef zij zich met de dansschool en met de Carnaval in Helmond bemoeien. Merkwaardig is dat zij in de geschiedschrijving van de Keiebijters ontbreekt.
Toos overleed op 27 september 1995. Haar kennende is niet onwaarschijnlijk dat zij nu in de hemel vast de boel op stelten zet…. Tot op heden is Toos den Bok een begrip als het gaat om Helmondse vrolijkheid.

Maria van de Looverbosch

__________________________________________
Bronnen:
ONDER BESCHERMING VAN DE ENGEL GABRIEL, Helmondse herinneringen aan oorlog, bezetting en bevrijding; Sanne Vonk, Historische reeks deel 10, Heemkundekring Helmond Peelland, 1994.
– Nichten en neven van de families Van Bokhoven, Van Stiphout en Van Dijk.
– Regionaal Historisch Centrum Eindhoven
– Foto collectie RHCe, fotograaf onbekend
– archief, aanvullingen en correcties van Giel van Hooff